Ojee, een interview plannen met drie drukbezette ondernemers… Als dat maar gaat lukken. Maar eerlijk is eerlijk, we hebben nog nooit zó snel een afspraak gemaakt als met Emiel Barten, Edwin van den Boom en Gerard de Kock. Drie Veghelse ondernemers én goede vrienden. We gingen met ze om tafel en vroegen ze naar hun ondernemersbloed, vriendschap, het verenigingsleven en hun onderlinge samenwerking. Gaat dat namelijk altijd goed? Zo’n zakelijke samenwerking tussen vrienden? Je leest het in de nieuwste ondernemersblog.
Emiel Barten, Gerard de Kock en Edwin van den Boom hebben elk hun eigen succesvolle ondernemingen in Veghel. Emiel is mede-eigenaar van TwoWork Heart of Interiors, waar hij samen met zijn team prachtige interieurs creëert voor diverse klanten, variërend van bedrijven tot scholen tot penthouses. Gerard is de drijvende kracht achter Feel Flex, een uitzendbureau dat niet alleen vacatures aanbiedt, maar ook persoonlijke begeleiding en ontwikkeling biedt aan haar werknemers. Edwin staat aan het hoofd van WIM Creative Agency, een bekend Veghels reclamebureau dat klanten voorziet van branding, campagnes en digitale marketingoplossingen.
De heren zijn niet alleen druk bezig met het runnen van hun eigen bedrijven, maar ook klant bij elkaar. Feel Flex en TwoWork zijn beide klant bij WIM Creative Agency, en vice versa. Emiel: “Gunnen is het mooiste wat er is in het leven.” Gerard is daarnaast ook nog compagnon van WIM creative agency, maar Edwin is algemeen directeur. Gerard lacht: “Ik doe eigenlijk niks, dat mag Edwin allemaal doen. Ik sta alleen aan de zijlijn.”.
Blauw-Geel is de basis
“Blauw-Geel is de basis van onze vriendschap en ons ondernemerschap, aldus Edwin. “We zijn alle drie op jonge leeftijd begonnen met voetballen bij Blauw-Geel. Hoewel Gerard en ik tijdelijk zijn gestopt, waardoor we ons 50-jarig lidmaatschap nog niet hebben bereikt, is Emiel inmiddels wel al 50 jaar lid.” Gerard: “De liefde voor Blauw-Geel zit diepgeworteld in onze families. Het begon allemaal bij onze vaders, die zelf ook gepassioneerd Blauw-Gelers waren. Het clubhuis draagt zelfs de naam ‘Piet van den Boom’, als eerbetoon aan Edwin’s vader die heel wat vrijwilligersuurtjes gesleten heeft bij de club. En Emiel’s vader heeft vele jaren het bestuur van de voetbalclub gediend.” Emiel: “We hebben het dus niet van een vreemde, dat enthousiasme en de betrokkenheid bij het voetballers verenigingsleven.”
Het Dreamteam bestaat nog steeds.
Heren Drie het Dreamteam werd na verloop van jaren meer dan alleen een voetbalteam. De vriendengroep kwam daarnaast ook samen in het uitgaansleven. Emiel: “In de stacaravan van Peter Bijvelds, daar is het feest pas echt begonnen.” Edwin vult aan: “En sindsdien zijn we bij elkaar gebleven. Zelfs onze vrouwen zijn goede vriendinnen geworden.” Gerard lacht: “Onze vrouwen brengen tegenwoordig meer tijd samen door dan wijzelf als vriendengroep.” Het voetballen heeft dus niet alleen geleid tot een sterke vriendschap maar ook tot een diepe betrokkenheid bij de club. Als bestuursleden, jeugd coördinatoren en commissieleden hebben ze zich allemaal ingezet voor de club. Gerard: “Vroeger stonden onze dames met de kinderen langs de zijlijn, en was het echt een familie-uitje. De kinderen waren lekker buiten aan het spelen en de reservespelers waren de oppas, lacht Gerard. Tegenwoordig is iedereen zo druk met zijn eigen bezigheden dat het moeilijk is om de tijd te vinden voor een teamsport als voetbal.” Emiel: “Er is zoveel te doen, zowel binnen het verenigingsleven als op kantoor. Dat moet je tegenwoordig gewoon accepteren. De sociale agenda’s zitten vol maar we genieten van de momenten die we samen kunnen doorbrengen.
Verenigingen
Voor deze ondernemende heren is het actief zijn buiten hun werk om een tweede natuur geworden. Als we vragen hoe dat komt antwoord Emiel: “Als je bezig bent, word je gezien. Als je in het licht staat, dan val je op.” Gerard vult aan: “Dat klopt inderdaad. Wij zijn niet gewend om op de bank te liggen.” Edwin lacht: “Ik verveel me kapot als ik op de bank lig ’s-Avonds”.
Van het voetballen stapten ze dan ook moeiteloos over naar nieuwe uitdagingen, zoals bijvoorbeeld carnavalsvereniging de Kuussegatters. Edwin herinnert zich nog hoe Maranco Christiaans hem vroeg om deel uit te maken van het bestuur. “Dat ben ik toen gaan doen,” zegt hij, “en daarna heb ik vier jaar lang de eer gehad om voorzitter te zijn van de carnavalsverenging. Uiteindelijk heb ik Gerard gevraagd of hij Prins carnaval wilde worden.” “Natuurlijk ging ik dat doen,” bevestigd Gerard, “maar wel met Emiel aan mijn zijde als Adjudant.” Emiel vervolgt: “Na mijn adjudantschap ben ik in het bestuur getreden. Dat heb ik zeven jaar met heel veel plezier gedaan, om vervolgens door te gaan als secretaris bij de OPA’s.” Ook Gerard heeft zijn betrokkenheid niet verloren; vanuit zijn ervaring als heerser van Kuussegat versterkte hij tot dit jaar de evenementencommissie. Het is duidelijk dat de heren niet alleen succesvol zijn in hun professionele leven, maar ook een diepe verbinding aangaan met onze Veghelse gemeenschap.
De balans tussen vriendschap en zakelijke relatie
Vriendjespolitiek, krijgen jullie daar wel eens opmerkingen over?Gerard: “Was het maar anders. We zijn ons er zeker van bewust dat er vaak in dezelfde vijver gevist wordt. Het komt erop neer dat dezelfde mensen zich vaak inzetten voor verschillende functies binnen de Veghelse gemeenschap.” En hoe zit dat eigenlijk met vriendschap en zakelijke relaties? Voor Emiel, Edwin en Gerard gaat dat hand in hand. Emiel: “We zijn het heus niet altijd met elkaar eens, maar we hebben nog nooit ruzie gehad binnen de vriendengroep.” Edwin benadrukt dat discussies, soms door buitenstaanders verkeerd worden begrepen als ruzie, juist bijdragen aan een gezonde dynamiek binnen onze vriendschap. Gerard: “Herinneren jullie nog dat ene moment op vakantie toen we met onze gezinnen op een terras zaten en er een heerlijke discussie plaatsvond? We aten een ijsje en toen we weg wilden gaan zeiden de buren op het terras heel voorzichtig: “Nou, nog een prettige dag nog”. Er was helemaal niets aan de hand, maar zij dachten van wel…”, lachen ze alle drie. “Voor ons allemaal is respect een grote gemene deler. We zijn tot nu toe allemaal in staat geweest om privé en zakelijk gescheiden te houden”, vult Emiel aan. Naar onze jaarvergaderingen van de vrienden wordt echt uitgekeken en niemand laat verstek gaan. Daar wordt nog eens goed geëvalueerd hoe privé en zakelijk vooruitgang wordt geboekt…
Ondernemersvereniging
Edwin: “Ik denk dat ik voor ons alle drie spreek als ik zeg dat een lidmaatschap bij een lokale ondernemersvereniging net zo vanzelfsprekend is als betrokkenheid bij het verenigingsleven.” Emiel vult aan: “Je wil als ondernemer graag op de hoogte zijn van wat er in Veghel gebeurt, en hierin je sociale maatschappelijke verantwoordelijkheid nemen.” Gerard voegt toe: “Dat gaat verder dan alleen een sportclub of ondernemersvereniging. We streven ernaar om ons steentje bij te dragen aan diverse lokale initiatieven, zoals bijvoorbeeld een hartstichting, lokale evenementen en activiteiten binnen verzorgingstehuizen. Je kunt niet alles doen, maar op zijn minst wel betrokken zijn bij meer dan alleen je eigen onderneming.” Emiel: “Naar mate we ouder worden, realiseren we het belang van iets positiefs achterlaten aan de maatschappij. Niet alleen voor onszelf maar ook voor onze kinderen. We hopen dat zij ons voorbeeld zullen volgen en op hun beurt ook weer iets zullen bijdragen aan de samenleving.”